COMPAZ organiseert in het najaar twee reeksen digitale Augustinusleesgroepjes rond het boek van James K.A. Smith, On the road with Saint Augustine.
De data zijn:
– dinsdagavonden van 18u tot 20u op 8 september – 13 oktober – 10 november – 8 december 2020
– of woensdagnamiddagen van 15u tot 17u op 9 september – 14 oktober – 18 november – 9 december 2020.
Inschrijven kan via compaz.brugge@gmail.com
Voor als u 3 minuutjes tijd hebt, vindt u als voorsmaakje alvast de boekbespreking van de Leuvense Augustinuskenner Anthony Dupont. Samen de inhoud van dat boek verwerken en op ons leven leggen kan heel verrijkend, inspirerend en hoopgevend zijn.
James K. A. Smith, On the Road with Saint Augustine: A Real-World Spirituality for Restless Hearts, Brazos, Grand Rapids MI 2019.
Dit is het meest verfrissende en zelfs ontroerende boek over Augustinus van Hippo dat ik in jaren las. Ik schrijf uitdrukkelijk ‘boek’, en niet ‘studie’ – Smith betracht geen wetenschappelijk onderzoek, eerder een introspectie. Net zoals Augustinus met zijn Belijdenissen geen historische autobiografie beoogde, maar een geschiedenis van en spiegel voor de mensheid, presenteert Smith een logboek van zijn heel persoonlijke tocht met Augustinus.
Smith pleit om op weg te gaan met Augustinus, omdat Augustinus leert dat de weg zelf het leven is, wij de weg zijn – vandaar de hoofdtitel van dit werk. De ondertitel wijst op Augustinus’ realistische spiritualiteit: noch naïef of zeemzoeterig, noch pessimistisch (zoals gemakkelijk wordt aangenomen vanwege Augustinus’ denken over zonde). Dit drukt Smith uit met een brandend actuele beeldspraak: Augustinus huldigt een ‘vluchtelingen-spiritualiteit’ – we zijn steeds onderweg, zoekend naar rust, een allesbehalve comfortabele reis (p. 42: “being human means being a cosmic émigré”). Vandaar vergelijkt Smith Augustinus’ notie van ‘stad Gods’ met een tentenkamp.
Kern van het boek is Augustinus’ intuïtie dat ‘bekering’ niet betekent aankomen bij de bestemming, maar het krijgen van een kompas voor de moeilijke tocht daar naartoe: externe hulp, een zorgzame gids. Vandaar verkiest Smith, in navolging van Marion, om de Belijdenissen als ‘hetero-biografie’ te omschrijven.
Samen met Augustinus worstelt Smith met de fundamentele vragen van het christelijk geloof. Bijvoorbeeld: wat met het kwaad? God geeft geen antwoord op deze vraag, maar geeft zichzelf – genade, hét kernconcept voor Augustinus. Op erudiete wijze confronteert Smith Augustinus met Camus, Heidegger, Arendt, Derrida, Marion en Caputo over thema’s als authenticiteit, vriendschap, lijden, dood en leven.
Onderwerpen uit de Belijdenissen – zoals menselijke relaties, vader- en moederfiguren, verslavingen en het doorbreken ervan, kwaad en zonde – krijgen een klankbord in recente films en romans. Augustinus’ vragen over angst, depressie, thuisloosheid en vervreemding, over hoop en liefde vormen een dialoog met popsongs en hedendaagse poëzie.
Min of meer de chronologie van Augustinus’ leven volgend spiegelt Smith zijn eigen leven aan Augustinus’ Belijdenissen, zo schrijft hij bijvoorbeeld over de afwezigheid van zijn (stief-)vader of over zijn echtgenote als zijn ‘Alypius’, Augustinus’ jarenlange tochtgenoot.
Dit boek is een absolute aanrader, niet alleen voor amateurs van Augustinus, maar voor iedereen die zich afvraagt wat het betekent om als een christen te rouwen, te dwalen, te leven, te denken, te voelen, te beminnen, te weten, te bidden, te hopen, je weg te vinden en thuis te komen…
Anthony Dupont